Zorgvuldigheid essentieel bij ontwikkelen van carbon credit

Nederlandse agrariërs zijn goed in het op peil houden van de hoeveelheid organische stof op hun percelen. Toch zou je ook in ons land kunnen constateren dat het organische stofgehalte onder druk staat, met name op in diepere lagen op minerale gronden. Al is het betrouwbaar monitoren van veranderingen in bodemkoolstof ‘een uitdaging’. Bij de ontwikkeling van de markt voor carbon credits is zorgvuldigheid dan ook noodzakelijk.

dcc-Zorgvuldigheid essentieel bij ontwikkelen van carbon credit

Het organische stofgehalte in Nederlandse minerale (zand- en klei) landbouwbodem is al jaren vrijwel stabiel. Dit in tegenstelling tot landen om ons heen, waar het percentage organische stof daalt. Toch lijkt het erop dat de riante uitgangspositie van de Nederlandse agrarische sector hier en daar scheurtjes vertoont. Zo constateren wetenschappers na vergelijking van analyseresultaten uit 1998 en 2018 dat op minerale gronden (zand- en kleigronden) in de laag 30 – 100 cm, sprake is van een significante daling. Daarnaast zien ze dat de hoeveelheid organische stof op bouwland sneller afneemt dan op grasland. Nederland vertoont daarmee een vergelijkbare trend met Vlaanderen, waar de voorraad organisch gebonden koolstof op akkerbouwpercelen ook daalt.

Zorgen voor bodemvruchtbaarheid

Organische stof is vanuit landbouwkundig oogpunt essentieel voor de bodemvruchtbaarheid. Het levert en bindt nutriënten, zorgt voor waterbindend vermogen, is voedsel voor het bodemleven en zorgt daarmee ook voor ziektewering. Alléén daarom hebben de meeste agrariërs al aandacht voor het op peil houden en verbeteren van de bodemorganische stof

Bijdragen aan klimaat

Maar ook vanuit klimaatperspectief is organische stof belangrijk. Hoe hoger het percentage organische stof in de grond, des te meer van het broeikasgas CO2 uit de atmosfeer in de bodem wordt vastgelegd. Agrariërs spelen dus een cruciale rol in het tegengaan van opwarming van de aarde. Vandaar ook de nationale doelstelling om jaarlijks 0,5 Mton CO2 per jaar extra in zand- en kleigrond vast te leggen.

Carbon credits

Dutch Carbon Credits trekt hard aan het ontwikkelen van een verdienmodel voor agrariërs die de hoeveelheid organische stof op hun percelen aantoonbaar verhogen. Dit kan via de verkoop van zogenaamde carbon credits of koolstof certificaten. Essentieel bij het ontwikkelen van die markt is een nauwkeurige, betrouwbare en gestandaardiseerde methodiek om de toename van koolstof in de bodem vast te stellen. Want uiteindelijk wil de koper van een carbon credit alleen betalen voor de extra hoeveelheid CO2 die aantoonbaar is vastgelegd. Laboratoria en universiteiten hebben daarin nog een stap te zetten. Monitoringssystemen van bodemkoolstof kunnen namelijk, volgens de wetenschappers van eerder genoemde artikel, op acht verschillende onderdelen van elkaar verschillen. Daarmee is het aantonen van significante verschillen – en het vertalen daarvan naar carbon credits – op dit moment nog een zorgvuldige en tijdrovende klus.