Bodemvakman weet klimaat- én opbrengstpotentieel te benutten

Wetenschappers van de Wageningen University and Research (WUR) en het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) gooiden onlangs de knuppel in het hoenderhok met een artikel over het wereldwijde opslagpotentieel van CO2 in landbouwbodems. Dat potentieel – dat op basis van rekenmodellen wordt vastgesteld – zou té hoog zijn ingeschat. Daarnaast zetten de schrijvers vraagtekens bij een 1-op-1 relatie tussen koolstofopbouw in de bodem en een hogere gewasopbrengst. Het bodemvakmanschap van Nederlandse boeren is nodig om zowel klimaatverbetering als opbrengstpotentieel te benutten.

dcc-Bodemvakman weet klimaat- én opbrengstpotentieel te benutten

Wetenschappelijke nuancering van het berekende CO2-vastleggingspotentieel op landbouwgronden toont vooral aan dat rekenmodellen de complexe bodemprocessen nog niet volledig kunnen nabootsen. Op wereldwijde schaal is een berekende uitkomst dan al snel ‘te rooskleurig’. Koolstofprojecten in Nederland zijn gefundeerd op feitelijke meting van de hoeveelheid bodemkoolstof. Bodemmetingen aan het begin en einde van een 10 jarig koolstofproject tonen aan hoeveel koolstof er daadwerkelijk is vastgelegd. In de methodiek van Stichting Nationale Koolstofmarkt wordt daarnaast een rekenmodel (Roth-C) gebruikt om de nauwkeurigheid van de koolstoftoename nog verder te vergroten. Je zou er ook voor kunnen kiezen om – tijdens de looptijd van het project – vaker te meten. Hoe dan ook, kopers van gevalideerde Nederlandse koolstofcertificaten kunnen dus vertrouwen op een aantoonbare hoeveelheid vastgelegde CO2.

Investeren in bodemkwaliteit

Het verhogen van de hoeveelheid organische stof in de bodem – en daarmee ook de hoeveelheid bodem-C – heeft véél verschillende positieve effecten op de bodemkwaliteit. Naast een hogere bodemvruchtbaarheid zorgt het ook voor meer waterberging, biodiversiteit, minder erosie en verdichting en een betere ziektewering door een gezond en actief bodemleven. Maar, zeggen de schrijvers van het wetenschappelijke artikel, een 1-op-1 relatie met gewasopbrengst is moeilijk te leggen. Daarvoor is het bodemsysteem té complex en de onderzoeksgegevens onderling té weinig vergelijkbaar. 

Bodemvakmanschap

Voor Nederlandse boeren die willen bijdragen aan een beter klimaat, ligt de uitdaging dus in het begrijpen en benutten van de natuurlijke bodemprocessen. Meer organische stof in de bodem betekent meer bodemleven, mineralisatie en dus een hogere natuurlijke stikstoflevering. En anders dan bij kunstmest verloopt die stikstoflevering grilliger in de tijd. Het vergt dus bodemvakmanschap om met rijkere gronden om te gaan. Want bodems met veel organische stof zijn goed voor het klimaat én zitten vol opbrengstpotentieel. De echte vakman weet beide kanten van die medaille te benutten.